Fragment
‘Misschien herinnert u zich de lugubere vondst van afgelopen maandag in Lombok. Hans H., een oudere alleenstaande man,
werd in zijn appartement dood aangetroffen. Het gezicht en de nek waren aangevreten door de hond van Hans H., die overigens
aan een natuurlijke doodsoorzaak is overleden. De buren roken onraad toen de hond, een Duitse staander, meer dan twaalf uur
achtereen bleef blaffen. De gealarmeerde buurtagent is poolshoogte gaan nemen en besloot om de hulp van de brandweer in
te roepen. Zonder al te veel problemen hebben zij de voordeur van de woning geforceerd en ontdekten het lijk van de bewoner
in de woonkamer, met de Duitse staander agressief wakend over zijn baasje. De vacht van de hond zat onder het bloed. Na overleg
is toen besloten om de hulp van een dierenarts in te schakelen, die de hond met een verdovingspijl heeft neergeschoten, waarna
het dier in de praktijk van de dierenarts een spuitje heeft gehad. Een hond die mensenvlees heeft gegeten, kan niet langer worden
vertrouwd in de omgeving van mensen, aldus dierenarts Janssen. Tot zover weinig aan de hand, dit veranderde op het moment dat de woordvoerder van de brandweerman voor onze camera verklaarde dat de hond geen blaam treft, omdat een hond nu
eenmaal niet over enige vorm van moraal beschikt. Laat staan een geweten. De uitspraak heeft veel losgemaakt in de stad. De
woordvoerder heeft doodsbedreigingen ontvangen en tientallen andersoortige bedreigingen. Ook is de brandweerman door verschillende mensen thuis opgezocht, met als resultaat drie stenen door de ruiten, zwaar vuurwerk bij de voordeur en leuzen op de
muren geklad. Uit voorzorg is de brandweerman met zijn gezin elders ondergebracht. Er is aangifte gedaan tegen de vandalen bij het huis en de mensen die op sociale media de doodsbedreigingen hebben geplaatst. Ook heeft de dierenarts bedreigingen ontvangen van mensen die het inhumaan vinden om de Duitse staander, die alleen maar zijn instinct volgde, in koelen bloede te
vermoorden. De heer Janssen wilde niet voor onze camera reageren’, de presentator in de RTV Utrecht-studio draaide naar
camera twee. ‘Voor het nieuws van de dag schakelen we nu over naar onze verslaggeefster Geestje Witveen die bij de rechtbank
in Den Bosch staat. Goedenavond Geestje…’
Het beeld schakelde naar de verslaggeefster op het plein voor de glazen ingang van de rechtbank: ‘Goedenavond, beste kijkers, ik
sta hier voor de rechtbank in 's-Hertogenbosch waar de zaak van de aanslag op hoofdcommissaris van der Voort dient. Het is
een zaak die door geheimzinnigheid en mysterie wordt omhuld. Tijdens de pro-formazitting van vanmiddag vielen een paar zaken op. Zo gingen de rechters akkoord met het horen van de getuigen en de verdachte achter gesloten deuren. Overigens tegen
de zin in van de advocaten van de verdachte, die ervoor pleitten dat de rechtszaak in de openbaarheid zou worden gevoerd. Echter legde de rechtbank de bezwaren van de verdediging naast zich neer. Ik heb begrepen dat het niet ongebruikelijk is om delen van de inhoudelijke behandeling van de zaak tijdens een besloten zitting te bespreken, bijvoorbeeld in het geval van een terroristische dreiging of bij kopstukken van een extreem gewelddadige misdaadorganisatie. De derde reden om de zitting achter gesloten deuren te houden, is wanneer de verdachte minderjarig is ten tijde van het plegen van de misdaad. Er is echter ook nog een vierde reden en daar heeft de officier van justitie een beroep op gedaan: bedreiging van de rechtsstaat. Nu kan dit van alles en
nog wat zijn, maar volgens advocaat meester Merelmans gaat het in deze zaak om de invloed of de bemoeienis van één of
meerdere veiligheidsdiensten, naar verluidt handelt het zich hier in het bijzonder om de politieveiligheidsdienst en de MIVD. Vanzelfsprekend heb ik geprobeerd om deze vermoedens bevestigd te krijgen, maar geen van de woordvoerders van de diensten
wilde reageren. En dat is op zichzelf weer een goed teken dat meester Merelmans het wederom bij het juiste einde heeft, maar
dat maakt het werk voor mij en mijn collega’s er niet gemakkelijker op. Er bestaat een goede kans dat we nooit te weten komen
wat er zich allemaal heeft afgespeeld in het appartement van hoofdcommissaris van der Voort.’
×