Fragment
Plotseling had hij het gevoel dat iets of iemand hem achtervolgde.Angstig keek hij om zich heen maar hoorde of zag niets.Alles leek uitgestorven. Geen mens die zich nog op straat waagde als de avond was gevallen. Geen lichtstreepje kwam door de vensters uit de grauwe, verwaarloosde voorgevels naar buiten. Verbeelding? De straatlantaarns stonden op dimlicht. Een verordening die sinds vorige maan in werking was getreden. De bedoeling was stroom te besparen zodat het terugverdiende geld weer in de zakken van de 'maffia-gang' kon verdwijnen.
Van Druten begon zich unheimisch te voelen. Nog enkele honderden meters en hij was thuis. Thuis, wat binnenkort zijn thuis niet meer zou zijn.
'Niks aan de hand, niks aan de hand,' probeerde hij zich in te prenten.'Er kan me niks gebeuren, niemand in geen velden te bekennen.'
Het groene licht maakte een zoemend geluid, alsof iemand in trans een mantra aan het uitvoeren is. Van Druten versnelde zijn pas maar het zoemen leek sterker te worden. Angstig nu, keek hij weer om zich heen. Niets, niets te zien! Hoe kon dat nu toch! Nog zo'n tweehonderd meter te gaan. Hij haalde alvast de sleutel van de voordeur uit zijn zak............
×