Samenvatting
Wie praat weerspiegelt niet op een ongebroken wijze de werkelijkheid die er is. Hij representeert daarentegen de werkelijkheid door een wereld te scheppen die vorm krijgt in een bepaalde taal. Er is geen toegang tot de werkelijkheid buiten deze representaties of symbolisaties om. Zijn is zijn 'als', zien is zien 'als'. De sociale inbedding van de taal en die van het spreken stelt Antoine Mooij in dit boek centraal. Op fundamentele en ingrijpende wijze wordt het wezen van de mens bepaald door de groep, door de Ander, door de taal: 'hij is in de greep daarvan'. De auteur geeft een grondig en fascinerend overzicht van de filosofie van Ernst Cassirer en Jacques Lacan, in hun onderlinge overeenkomst en verschil. Ook biedt hij een toepassing van het representatiedenken, zoals op het terrein van het recht, van de politiek en van de psychopathologie. Het begrip van representatie of symbolisatie blijkt een belangrijke sleutel te zijn tot het verstaan van de mens, als 'animal symbolicum'. En in het representerende vermogen ligt tevens zijn vrijheid. Antoine Mooij, van opleiding psychiater, filosoof en psychoanalyticus, is emeritus hoogleraar psychiatrische aspecten van de rechtspraktijk. Eerder publiceerde hij onder andere de klassieker 'Taal en verlangen. Lacans theorie van de psychoanalyse', die het werk van Jacques Lacan in het Nederlandse taalgebied introduceerde.