Samenvatting
Een succesvolle, dertigjarige Amsterdamse makelaar wil verdieping in haar overvolle leven. Ze gaat in haar eentje op pelgrimstocht naar Santiago de Compostela: een route van 900 kilometer, te voet door de weidse natuur van Oost- naar West-Spanje. Haar tocht verandert langzaam van een slopende onderneming in een spirituele reis. Met de nodige doses hartstocht. Cathelijne maakt ons deelgenoot van alle facetten van haar reis. Want wat stop je eigenlijk in een rugzak die maar vijfenhalve kilo mag wegen? Ze beschrijft de plaatsen en dorpjes die ze passeert, de stress die het dagelijks regelen van een slaapplaats met zich meebrengt, de snurkers op de slaapzalen, de pijn en het afzien tijdens het wandelen. Maar natuurlijk zijn er ook de bijzondere ontmoetingen met medepelgrims en het louterende effect dat wandelen op haar heeft. Het wordt een spannende tocht en de afloop blijft lang onzeker. Terug in Amsterdam moet ze haar draai weer zien te vinden, na een nomadenbestaan van ruim zes weken.