Samenvatting
Bijna elke begeleider van mensen met een verstandelijke beperking maakt in de praktijk weleens de situatie mee dat een cliënt en één van de ouders zo aan elkaar gehecht zijn dat ze nauwelijks zonder elkaar kunnen. Kenmerkend is de onderlinge loyaliteit en identificatie. Zonder de directe aanwezigheid en de goedkeuring van (meestal) de moeder is de cliënt niet in staat om vanuit de eigen regie keuzes te maken. Dit boek beschrijft de achterliggende oorzaken en de wijze waarop een symbiotische ouder-cliëntrelatie in een woonvoorziening tot uiting komt. Het centrale thema is het ontwikkelen van een professionele begeleidingshouding om escalatie van problemen te voorkomen. Vanuit diverse oplossingsgerichte invalshoeken krijgt de lezer concrete handvatten om de ouders én de cliënt te motiveren voor zelfredzaamheidsdoelen. Zij worden ondersteund bij het proces van de geleidelijke loslating. Een herkenbare casus vormt de rode draad in het boek.