Samenvatting
Een aanrader voor iedereen die van reisverhalen houdt en/of van plan is door Madagaskar te reizen!
Van de oeroude regenwouden in het noordoosten naar het droge doornig struikgewas in het zuidwesten. Beer Visser reist drie maanden dwars door Madagaskar en staat oog in oog met de vele uitzonderlijke dieren die in het land leven. Ze gaat op zoek naar zijdesifaka’s, bladstaartgekko’s en gouden bamboelemuren, hoort indri’s zingen en bezoekt talloze nationale parken in het land. Ze vaart met een boomkano over de Tsiribihina rivier, neemt de enige trein die nog rijdt in Madagaskar, en komt er al reizende achter dat er genoeg andere opties zijn om het land te doorkruisen dan met de notoire jungletaxi’s. De armoede van de Malagassiërs en de ontbossing van het land ontluisteren haar; mooie steden, vriendelijke mensen en de dieren die ondanks de bedreiging nog steeds door de bossen struinen, verrassen haar. Ondertussen tekent zij in een blog haar ervaringen op. Deze verhalen zijn in dit boek verzameld en aangevuld samen met wetenswaardigheden over het land, aan- en afraders over waar te verblijven en tips over wat te doen. Op aanvullende webpagina’s zijn per hoofdstuk achtergrondinfo en handige linkjes opgenomen voor de reiziger.