Samenvatting
In dit boek zal de auteur aannemelijk maken dat geest en ziel de 'binnenkant' zijn van natuurlijk elektromagnetisme en dat elektromagnetisme de 'buitenkant' is van geest en ziel. Om dat te kunnen doen, moeten we de termen geest, ziel, binnenkant, buitenkant en elektromagnetisme helder omschrijven en zo nodig van nieuwe of diepere betekenissen voorzien. De auteur gebruikt de term 'aannemelijk' om aan te geven, dat in de beschrijvingen essentiële elementen voorkomen, die moeilijk of zelfs geheel niet bewijsbaar zijn. Dat geldt bijvoorbeeld voor het onmogelijke 'bewijzen van het bewustzijn', simpelweg omdat bewustzijn voorafgaat aan elke gedachte en elke bewijsvoering. Datzelfde geldt ook voor het begrip 'geest'. Maar aan de andere kant is natuurkunde alleen maar compleet als het gaat over alles wat in de natuur bestaat en dat behelst naast al het materiële ook het geestelijke. Natuurkunde en psychologie verenigen zich daarom in dit boek tot een universele 'psychofysica', waarin op een evenwichtige manier materiële en mentale zaken aan de orde komen. Geest, ziel en bewustzijn zijn dus geen 'bovennatuurlijke verschijnselen' en het begrip 'materie' verandert in 'psychomaterie'. Dit geeft ons nieuwe en originele antwoorden op de oeroude vraag hoe de geest de materie kan beïnvloeden en vice versa.