Samenvatting
Voor de filosoof Herbert Marcuse draaide alles om vrijheid. De vrijheid om jezelf te ontwikkelen, om te falen, om af te wijken van de norm. Wat hij echter zag was een systeem, door hem ‘het technologisch productieapparaat’ genoemd, dat ons steeds meer reduceert tot raderen in de machine. Het apparaat jaagt op, geeft nooit rust, dwingt tot meer productiviteit, meer efficiëntie en heeft vrijheid gereduceerd tot de vrijheid om te produceren en te consumeren. Hoe kan het dat de moderne mens zich schikt naar een systeem waarvan hij weet dat het mens, dier en aarde uitput? Is de vrijheid waar Marcuse naar verlangde nog te vinden? Is er een andere wereld denkbaar dan die waarin wij leven? Aan de hand van Marcuses beroemdste werk, De eendimensionale mens, zoekt Marian Donner naar een uitweg. Van de klimaatcrisis, via miljardairs die dromen van Mars, tot aan hippies, complotdenkers, algoritmen en kwantummechanica, ontleedt ze de krankzinnigheid van dit tijdsgewricht, om zo te komen tot wat Marcuse ‘waarlijk redelijk gedrag’ noemde – ‘namelijk de weigering mee te doen en de poging de omstandigheden teniet te doen die de krankzinnigheid veroorzaken’.
Marian Donner schrijft onder meer voor De Groene Amsterdammer. Ze publiceerde eerder twee romans en het pamflet Zelfverwoestingsboek, waarvan de rechten aan vijf landen werden verkocht.
Over Zelfverwoestingsboek:
‘Een vrolijk pleidooi voor nietsontziende woede. Donner is vlijmscherp als ze beschrijft hoe het kapitalisme onze identiteit in kwantificeerbare mootjes hakt.’ NRC Handelsblad ••••