Samenvatting
'Ik laat mensen niet voor mijn plezier doodmaken,' sprak de man in de rolstoel. 'En weet je, Stefan...'
Hij kent mijn naam! dacht Stefan.
'...ze mogen me slecht noemen, maar ik spreek altijd de waarheid.'
Stefan voelde dat de man niet loog. Alles wat hij gezegd had, was waar. Alles wat hij ging zeggen, zou de waarheid zijn. En dat zou een heel akelige waarheid zijn. Nog nooit was Stefan zo bang voor iemand geweest.
Als Stefan bij een ongeluk zijn voet verliest, is dat geen ramp - tenminste, niet voor hem. Van zijn kloon krijgt hij een nieuwe voet. Maar als Stefan ontdekt onder welke omstandigheden de klonen moeten leven, is hij vastbesloten de zijne te bevrijden en de waarheid aan het licht te brengen. Een levensgevaarlijk plan, want er staan gigantische belangen op het spel...