Samenvatting
In dit nieuwe boek van Evert de Rooij worden Calabria en Basilicata op aanstekelijke wijze geïntroduceerd als de nieuwe toeristische 'must see'-bestemming. In de jaren dertig van de vorige eeuw werd Carlo Levi door Mussolini naar Basilicata verbannen. Na een moeizame start sloot deze schrijver en arts de straatarme bewoners van de streek in zijn hart. Toen hij na de oorlog 'Christus kwam niet verder dan Eboli' schreef - het magistrale verhaal over zijn jaren in ballingschap - droeg hij dan ook zijn meesterwerk aan hen op. En nog steeds zijn de bewoners de grootste troefkaart van deze ongerepte regio: gastvrije mensen die trots zijn op hun lokale keuken en tradities. Calabria en Basilicata vormen (samen met Puglia) de meest zuidelijke regio's van de Italiaanse laars. Lang zwaaiden de Grieken en Romeinen er de scepter, maar na de ondergang van het Romeinse Rijk raakte het gebied in verval. Eeuwenlang vertrokken bewoners er als economische vluchtelingen naar andere delen van Italië en de rest van de wereld. En hoewel het nog steeds de armste regio van Italië is, ontwikkelt deze prachtige streek zich in toeristisch opzicht razendsnel. Logisch, want de kritische toerist vindt hier veel zijn gading, zowel qua natuur als cultuur. Evert de Rooij (1952) studeerde Sociale Geografie in Amsterdam, maar besloot om als wielerjournalist door de wereld te gaan reizen. Zijn hart verloor hij in Italië en inmiddels heeft hij boeken op zijn naam staan over Le Marche, Trentino & Verona, Emilia Romagna, het Gardameer en Venetië. Bovendien schreef hij samen met Ewout Kieckens het boek 61 Iconen van Italiaanse bodem.