Fragment
Het wiel had voor de prehistorische mens een magische, dan wel een Goddelijke status. Want het wiel draaide en het was rond, net zoals de maan en de zon. En deze hemellichamen waren door de tijd heen het middelpunt van verering. Goden als Helios of Sol, uit de Griekse en Romeinse tijd, werden daarom dan ook vaak afgebeeld in voertuigen die langs de hemel bewogen. Had het wiel daarom zo’n impact op de prehistorische mens dat het in het begin alleen voorbestemd was voor de Godenwagens en de daarbij behorende cultus? Of waren de genoemde Goden in de gedaanten van de maan en de zon, die zó tot de verbeelding spraken dat daaruit het voertuig werd ontwikkeld?
×