Samenvatting
Dit boek handelt over de essentie van Dhamma. Over de dingen in de leer van de Boeddha die er echt toe doen. Zonder franjes. Ontdaan van vormelijke uitingen. Ontdaan van decor en decorum. Ontdaan van buddharupa. Een dhammanuvatti—een volgeling van de Boeddha die leeft conform de Dhamma—heeft geen vormen nodig om zijn diep ontzag voor de wijsheid van de Bhagavat te demonstreren. Beschouw de woorden van de Boeddha als wegwijzers. Woord na woord. Leg ze niet vast in dogma's. Maak er geen doctrinair gedoe van. Geef ze ruimte om te ademen. Maak ze 'vloeibaar'. Door naar betekenissen te zoeken die logisch zijn. En nuttig naar beoefening toe. Aangepast aan dit tijdsmoment. Voor mensen van déze tijd. Als Dhamma tijdloos is, zoals de Boeddha poneerde, dan hoeven we zijn leer niet te verankeren in paradigma’s uit een ver verleden. Hoeven we er geen 'religie' van te maken. Kijk etherisch door de woorden en concepten heen. Om op deze manier—met groeiende nieuwsgierigheid en penetrerende opmerkzaamheid—de onderliggende waarheid te onderkennen die ze vertegenwoordigen. Als vuurtorens. Als bakens van licht. Op het pad van zelfrealisatie. Want elke stap die je zélf zet, maakt alles duidelijker.